THEMA LANDOPTREDEN
Combined Arms
Het gevecht van verbonden wapens is terug van nooit weggeweest
Lkol Hans van der Linden; kol Bart Zonnenberg
45 Painfbat, oefenterrein Guz Altmark
Inleiding
Twee dagen na de inval van Rusland in Oekraïne kwam de eerste militair langs mijn bureau: ‘We moeten onze doctrine gaan herzien. Er zijn belangrijke lessen te leren’. Hij had op het internet filmpjes gezien van een succesvolle luchtlandingsactie en de verovering van een vliegveld. ’En, o ja, er staan veel uitgebrande tanks in dorpen, dus die dingen zijn echt obsolete’.
In de weken erna zagen we (of liet men ons bewust en selectief in de media zien?) filmpjes van commerciële drones en daaraan gekoppelde artillerie, die de sensor-to-shooter time aanzienlijk reduceerden. Technische middelen op een vernieuwende manier ingezet. Maar de conclusie dat drones vanuit de lucht ongehinderd en onschendbaar alle grondtroepen kunnen uitschakelen vergt ook wel enige nuance. Enkele maanden later beweert men immers ook dat Oekraïense lasers en air defence middelen de Russische en Iraanse drones voor bijna 100% uit de lucht kunnen halen. Zou dat dan andersom ook niet kunnen gelden?
Jumping to conclusions seldom leads to happy landings. De drang om direct te acteren op wat we waarnemen zit als het ware in ons militaire bloed. Hieraan kleven echter ook grote risico’s, zeker als we één op één observaties als geleerde lessen kopiëren in onze eigen manier van denken en optreden. Immers, observaties worden pas lessons identified als deze zich over een langere periode consistent voordoen en logisch verklaarbaar zijn. En als we deze dan willen verwerken tot lessons learned dan moeten we ook vooral de context van het conflict, de cultuur, het juridisch kader en ethisch normbesef niet vergeten te beschouwen voordat we denken goed bezig te zijn met innovatie.
Het is nu een jaar geleden dat Rusland Oekraïne binnenviel en de grens van het gewapende conflict overschreed. Oorlogvoering op deze schaal hebben we lang niet gezien. Vele observaties zijn gedaan en veel is gepubliceerd, ook over geïdentificeerde lessen. De belangrijkste conclusie blijft toch wel dat de aard van oorlogvoering onveranderlijk is. De karakteristieken evolueren echter wel. Voor het landoptreden staat één belangrijke les als een paal boven water. Die les is niet nieuw en geldt al duizenden jaren, maar verandert steeds een beetje van vorm: voor effectief militair optreden is de inzet van middelen in een combined arms approach benodigd.
Op tactisch niveau vormt de afgestemde en gesynchroniseerde inzet van een grote diversiteit aan wapens en ondersteuning de basis voor tactiek in het gevecht. Op operationeel en strategisch niveau vindt dit ook plaats in de multi-domain approach.
Inzet van middelen in combined arms approach is essentieel
Historie
Van oudsher kent het landoptreden drie vermogens die gezamenlijk het traditionele manoeuvre-optreden vormen:
- Het vermogen om over het gevechtsveld te kunnen bewegen om een positie van relatief voordeel ten opzichte van de vijand te verkrijgen (mobiliteit);
- Het vermogen om de vijand zodanig te kunnen slaan dat hij wordt vernietigd of gedemoraliseerd en de wil om te vechten wordt gebroken (slag- of vuurkracht);
- Het vermogen om dergelijke slagen van de vijand te kunnen weerstaan (bescherming).
Het idee van het combineren van wapensystemen is al eeuwenoud: van het coördineren van strijdwagens en boogschutters in de oudheid, tot de cavalerie, musketiers en piekmannen aan de vooravond van het buskruittijdperk. Het was de Zweedse koning Gustaaf Adolf (1594 – 1632) die het eerste moderne leger van verbonden wapens creëerde. Hij formeerde infanteriebrigades die bestonden uit infanterie, zware cavalerie en mobiele artillerie en combineerde zo vuur, beweging en bescherming in deze gevechtseenheden. De wapens in deze brigades ondersteunden en versterkten elkaar.[1]
Na enkele lange en vooral in de loopgraven vastgelopen oorlogsjaren met ontelbare verliezen aan beide zijden, konden pas aan het einde de Eerste Wereldoorlog (WO I) alle partijen aan het westelijk front vijandelijke posities doorbreken dankzij een hernieuwd combined arms concept dat rond de infanterie te voet was gebouwd.[2] De infanterie had sinds 1914 een enorme versterking ervaren met draagbare automatische vuurwapens, hand- en geweergranaten, lichte mortieren en zelfs infanteriekanonnen en vlammenwerpers. De beheersing van tactische processen door de infanterie, zoals vuur en beweging of infiltratietactieken, zorgde voor een hoge effectiviteit. Alle andere wapens steunden de infanterie. De artillerie, uitgerust met voldoende lichte en zware kanonnen, houwitsers en mortieren, met zijn effectieve rollende barrages, dwong vijandelijke soldaten om dekking te zoeken als de eigen troepen de vijandelijke posities naderden. De genie ruimden obstakels op zoals prikkeldraad en hielp bij het consolideren van veroverde posities. De tanks, een oorlogsinnovatie van 1916, trok vijandelijk vuur aan en confronteerde vijandelijke posities frontaal en ook de close air support (CAS) vliegtuigen ondersteunden de aanval. De infanterie dicteerde het tempo van de operaties en de ondersteunende wapens pasten zich dienovereenkomstig aan. Combined arms warfare stelde de geallieerden aan het westelijk front in staat om eind 1918 systematisch door de Duitse linies te breken met behulp van een bite and hold-tactiek: een doorbraak (bite) van vijf tot twintig km diepte werd altijd gevolgd door een periode van consolidatie (hold). Een paar dagen of weken later zou een nieuwe doorbraak volgen.
In mei 1940 verbluften de Duitsers de wereld (en tot op zekere hoogte zichzelf) met een spectaculaire campagne tegen de westerse mogendheden via de Ardennen op basis van een geëvolueerde versie van combined arms. Deze keer bouwden de Duitsers hun speerpunten rond de tank (in plaats van de infanterie), die werden samengebracht in groepen van twee tot vijf pantserdivisies. Bommenwerpers gaven vuursteun als vliegende artillerie. Infanterie, genie en artillerie gaven ondersteuning aan deze gepantserde speerpunten.
Na de Tweede Wereldoorlog (WO II) ontwikkelde het gevecht van verbonden wapens zich verder. In oorlogen van Israël, maar zeker in de beide Golfoorlogen, stond het gevecht van verbonden wapens aan de basis van het succes op de grond. Meer recent zijn ook lessen te trekken uit bijvoorbeeld de oorlog in Nagorno-Karabach en nu uiteraard de oorlog in Oekraïne.
Het concept van verbonden wapens waarin infanterie, tanks en artillerie gezamenlijk ingezet werd, werd na 1945 niet meer fundamenteel gewijzigd. Ondanks het verschijnen van nieuwe wapensystemen zoals gepantserde infanteriegevechtsvoertuigen, helikopters, antitankraketten, vanaf de schouder af te vuren raketten, precisiegeleide munitie of drones.
Duitse voertuigen met verschillende functionaliteiten. Van links naar rechts: artillerie (PzH2000), tank (Leopard2), ambulance (Boxer), infanteriegevechtsvoertuig (Puma), Bergingstank Buffel (Leopard 2), brugleggende tank (Leopard 1), infanteriegevechtsvoertuig (Marder), artilleriewaarnemer (Boxer) en helemaal rechts wederom een tank en pantserhouwitser (Bron: Duitse Defensie [3])
Combined Arms
‘The rifleman wants to shoot, the tanker to charge, the artilleryman to fire ... That is not the way to win battles. If the band played a piece first with the piccolo, then with the brass horn, then with the clarinet, and then with the trumpet there would be a hell of a lot of noise but no music. To get harmony in music each instrument must support the others. To get harmony in battle, each weapon must support the other. Teamplay wins. You musicians of Mars ... Must come into the concert at the proper place and at the proper time’ (gen George S. Patton).
In het recent vernieuwde handboek Tactical Operations (LAND-CA-01) beschrijven we combined arms als volgt:
‘Combined arms are more than the combat arms working together. Each branch of the Army provides unique capabilities that complement the other branches. A combined arms force consists of two or more arms supporting each other. The commanders take their available elements and form them into a combined arms force focussed on mission accomplishment. The combined arms force provides for a balanced mix of complementary capabilities which helps to compensate the limitations. A good tactician chooses the right combinations of combined arms to place the enemy at the maximum disadvantage’.
Synergie
‘In land operations, relating to the synchronized or simultaneous application of several arms to achieve an effect on the enemy that is greater than if each arm were used against the enemy in sequence’.[4]
Het toverwoord en belangrijkste principe voor combined arms is synergie. De som der delen is groter dan de inzet van afzonderlijke capaciteiten. Uiteindelijk gaat het erom de tegenstander de mogelijkheid, of de wil tot verder vechten te ontnemen. Dit kan worden bereikt door de samenhang in zijn optreden te doorbreken.[5] Twee fundamentele bouwstenen om synergie te bereiken zijn complementariteit van middelen (force) en bundeling hiervan in tijd en ruimte (time and space).
Naast tanks en infanterie is artillerie een belangrijk onderdeel van combined arms om synergie te bereiken. Hier levert een pantserhouwitser PzH2000 vuursteun. (Foto: Defensie)
Het gevecht van verbonden wapens ziet er voor air manoeuvre anders uit dan voor gemechaniseerd optreden. Nadrukkelijk wordt snelheid en verrassing door mobiliteit via de lucht uitgebuit en daarnaast vecht de lichte infanterie, in air assault optreden samen vanaf de grond met de vuurkracht van de gevechtshelikopters in de lucht.
In de Engelse Army Doctrine Publication[6] hebben ze deze onderlinge afhankelijkheid en het mitigeren van elkaars zwaktes als volgt weergegeven:
Complementariteit wil zeggen dat een juiste, gegroepeerde inzet van meerdere capaciteiten/middelen de zwakte van de ene capaciteit wordt gecompenseerd door een andere capaciteit. Zo hebben infanterie-eenheden, bij de inbraak in de rand van een bebouwd gebied, behoefte aan zwaardere middelen die hen beschermen bij de nadering en die de verschanste vijand in gebouwen onder vuur kunnen nemen om hun effectief optreden te onderdrukken. Anderzijds hebben tanks in verstedelijkt gebied met smalle wegen en hoge bouwen, of in bosachtig gebied, behoefte aan infanteriecapaciteit om antitankmiddelen uit te schakelen en het gebied te zuiveren van achtergebleven vijand.
De essentie bij het manoeuvre-optreden is dat eenheden met verschillende functies elkaar op het gevechtsveld dus ondersteunen. Dit ‘gevecht van verbonden wapens’ (Engels: combined arms maneuver) wordt ‘gedragen’ door tanks in combinatie met pantserinfanterie omdat deze inherent beschikken over de drie eerdergenoemde vermogens: mobiliteit, vuurkracht en bescherming. Maar het principe is niet uitsluitend van toepassing op ‘zware’ eenheden.
Als tweede is het belangrijk om de activiteiten in tijd en ruimte te bundelen. Om synergie te bereiken maakt de commandant een analyse van de opdracht. Op de lagere tactische niveaus (peloton) kan de homogeniteit van een eenheid soms voordelen hebben. Mobiliteit, vuurkracht en bescherming staan immers met elkaar op gespannen voet. Verhoging van het één gaat vaak ten koste van het ander. Maar vanaf het tactisch niveau waar een eenheid over eigen stafcapaciteit beschikt (compagniesniveau en hoger) heeft een mix van middelen de voorkeur voor effectief optreden.
William S. Lind[7] legt het verschil tussen combined arms en supporting arms uit: ‘Combined arms hits the enemy with two or more arms simultaneously in such a manner that the actions he must take to defend himself from one make him more vulnerable to another. In contrast, supporting arms is hitting the enemy with two or more arms in sequence, or if simultaneously, then in such combination that the actions the enemy must take to defend himself from one also defends himself from the other(s)’.
Het belangrijkste principe voor combined arms is synergie.
‘Changing character of Land Warfare’
'Leaders must be expert in combined arms operations because there is no ’single arm’ solution to the tactical problems they will face'.[8]
Traditioneel focust de beschouwing van de operating environment voor het landoptreden zich op het fysieke deel. Beheersende terreindelen, waarnemings- en schootsvelden, wie kent ze niet. Maar de afgelopen jaren is in landoptreden ook het toegenomen belang van de informatie-omgeving en de menselijke omgeving doorgedrongen en verwerkt in doctrine van het landoptreden. Effecten kunnen ook, en soms simultaan, worden bereikt in de virtuele en cognitieve dimensie.
Combined arms is dan ook meer dan effecten genereren in alleen de fysieke dimensie door fysieke manoeuvre en fires activiteiten.
‘By using the joint functions, the manoeuvrist approach will ultimately be converted into tactical operations and activities. The use of a combination of manoeuvre, fires, information and CIMIC, affects an actor's understanding, capability and will, and the cohesion between them’.[9]
Binnen het geïntegreerde optreden kunnen we ook op tactisch niveau meer en meer gebruik maken van activiteiten in de informatieomgeving om effecten te bereiken. Het woord arms mag dan ook breder dan de traditionele fysieke wapensystemen worden benaderd. Door de toegenomen digitalisering van de gehele samenleving, maar ook van eigen strijdkrachten en die van tegenstanders, is het mogelijk om met activiteiten via cyber, space en het elektromagnetisch spectrum effecten te bereiken zoals misleiding en demoralisering en bouwen we kennis op om onszelf ertegen te beschermen.
Ook de toegenomen mogelijkheden van inzet van nieuwe middelen, of de combinatie van inzet van bestaande en nieuwe middelen op nieuwe wijzen, leidt tot effectief optreden in de hedendaagse operatie omgeving. Onze eigen wapensystemen worden naast hun primaire functie, in toenemende mate gebruikt als dataverzamelsystemen die via geavanceerde sensoren terabytes aan data binnenbrengen (denk aan de multi-missieradar, de CV90, de Fennek, EOV- en UAS-systemen). Maar ze moeten tegelijkertijd ook beschermd zijn tegen vijandelijke cyberdreiging.
Dagelijks kunnen we zien dat er in warfighting, op het land, altijd nog gevochten zal moeten worden om de verovering en het behoud van essentieel terrein. Op het land wonen mensen, daar beginnen oorlogen en daar worden ze uiteindelijk beslist. Infanterie, tanks, artillerie, luchtsteun zijn basiselementen voor het optreden in het hoogste geweldsspectrum. Maar alleen met die capaciteiten komen we er niet meer in hedendaags optreden. Het gevechtsveld is transparanter geworden. Eenheden kunnen makkelijk gezien worden worden vanuit de lucht, space en ook in het elektromagnetisch spectrum. En gezien worden betekent uitgeschakeld worden. Daarom moet het landoptreden continu aanpassen. Dat betekent dat er nieuwe capaciteiten toegevoegd worden en commandanten ook kennis moeten hebben van al deze afzonderlijke capaciteiten.
Welke de benodigde capaciteiten zijn hangt af van de opdracht, de fase van een conflict, de directe dreiging, de aanwezige actoren, en vele andere factoren. Een inzet van Patriot capaciteit in Turkije tegen raketaanvallen tijdens de burgeroorlog in Syrië is anders dan de bescherming van de Nuclear Summit topbijeenkomst van wereldleiders in Nederland. De inzet van Nederlandse Provincial Reconstruction Teams (PRT) in Afghanistan die key leader engagements moeten uitvoeren en daardoor vrij en beschermd door het gebied moeten kunnen verplaatsen, is weer anders dan een operatie om de opmars van de Taliban te stoppen in een bepaalde regio. Alle joint functions moeten dan ook worden meegenomen in de troops-to-task organisatie voor een operatie. Dat betekent wel dat de benodigde capabilities beschikbaar moeten zijn in de organisatie.
Combined arms is op laag tactisch niveau vooral gericht op verschillende wapens in de fysieke dimensie. Op hogere niveaus komen de wapens in de virtuele en cognitieve dimensie daar steeds prominenter bij.
Joint functions, Handbook Tactical Operations. De vier cirkels Manoeuvre, Fires, CIMIC en Information zijn de effectbrengers/ ‘arms’. De aanvulling van Cimic en information als joint functions laat zien dat de menselijke en informatie omgeving een belangrijk deel uitmaken van de operating environment (naast de fysieke omgeving) en van de battlespace.
Adaptieve Koninklijke Landmacht
‘Vorm volgt functie’ is een principe dat sinds 1896[10] gebruikt wordt in de architectuur. De opvatting hierbij is dat gebouwen functioneel moeten zijn en dat de vorm dus bepaald wordt bij het ontwerp op basis van de processen en activiteiten die erin plaats zullen vinden. Dit geldt ook voor gevechtsformaties in het landoptreden. Per operatie, tactische activiteit, of fase daarbinnen kan met gewijzigde onderbevelstellingen de formatie van eenheden worden aangepast. Dit vergt echter tijd en moet dus bij voorkeur in de planningsfase worden bezien en alleen bij noodzaak tijdens het lopende gevecht worden aangepast.
Kijkend naar de hoofdtaken waarin Nederlandse landeenheden een rol hebben in de militaire doelstellingen die moeten kunnen worden behaald, moet de gereedschapskist van onze landmacht regelmatig worden aangevuld of moeten stukken worden gemoderniseerd. Continue aanpassing van onze organisatie is nodig om effectief op te kunnen blijven treden. Hoewel de hoofdtaken niet wezenlijk veranderen, geldt dat wel voor de benodigde capaciteiten. De leidende vraag daarbij is wat de NAVO van ons verwacht en welke capability gaps we daarbij onderkennen.
Het is een illusie dat we een oorlog als een clean war kunnen voeren, puur high-tech en op lange afstand, zonder verlies van personeel. ‘Surface delivered, kinetic, lethal manoeuvre and (in)direct fire capabilities will continue to be a strong base of combined arms, especially when sheer volume of fire is needed’. Maar naast de focus op warfighting moeten eenheden van de landmacht ook nog steeds nationaal kunnen worden ingezet in de permanente competitiefase en crisisbeheersingsoperaties kunnen uitvoeren. Ook dat vergt de combined arms approach. Met een wezenlijk andere opdracht, andere dreiging, zal dan ook een andere mix aan middelen nodig zijn.
De landmacht heeft bij de afgelopen reorganisatie naast herstel en reparaties ook geïnvesteerd in het kunnen optreden in de informatie- en de menselijke omgeving (die naast de fysieke omgeving altijd deel uitmaken van de operatieomgeving). Het wapen van de informatiemanoeuvre met een eigen korps voor communication and engagement zijn een welkome aanvulling op bestaande middelen. Door de uitvoering van informatieactiviteiten en cyber en Elektromagnetische Activiteiten (CEMA) in een juiste mix met fysieke activiteiten door moderne wapensystemen kan synergie worden bereikt in hedendaagse conflicten. Zoals de oorlog in Oekraïne laat zien, zorgt CEMA voor het snel uitpeilen van de vijandelijke artillerieposities en kan de eigen CEMA en artilleriecapaciteit de vijandelijke EOV onderdrukken zodat het eigen precisievuur maximaal effectief is.
De continue wapen- en tactiekwedloop betekent ook dat de bestaande capaciteiten op het gevechtsveld moeten worden aangevuld en gemoderniseerd. Zo worden huidige systemen CV90 en Boxers geüpdatet, en is er naast mortiercapaciteit ook loitering munitions en naast traditionele artillerie ook langeafstand artillerie nodig om effectief te blijven.
Deze moderne ontwikkelingen in de landmachtorganisatie zorgen ervoor dat we met nieuwe capaciteiten effecten kunnen brengen in alle dimensies van de operatie-omgeving en vormen daarmee een uitbreiding van mogelijkheden in de toolbox voor de combined arms approach.
Continue aanpassing van de organisatie is nodig om effectief blijven
Opleiden en trainen
Een essentiële randvoorwaarde voor combined arms is kennis en ervaring. Effectieve inzet van combined arms formaties of task forces vergt kennis van doctrine, ervaring met standard operating procedures (SOP’s) en de uitvoering van drills. Het vergt ook aanpassing van de opleiding en training van commandanten, staven en eenheden. Als vuistregel wordt vaak gehanteerd dat je twee niveaus hoger en lager moet begrijpen. Dat betekent nogal wat voor het optreden in de complexe landomgeving. Commandanten worden daarom ondersteund door specialisten in staven.
Niet alle capaciteiten en specialismen voor combined arms zijn in de vredesorganisatie organiek aanwezig bij de brigades. Schaarse capaciteiten zijn vaak gecentraliseerd. Live training in het veld met alle middelen is duur en de schaarse trainingstijd wordt daarom zo efficiënt mogelijk gebruikt. Om meer inzicht te krijgen in en te oefenen met de mogelijkheden van nieuwe middelen, nieuwe wijzen van optreden, maar ook effecten die vanuit de andere domeinen kunnen worden gegenereerd, wordt binnen de landmacht steeds meer gebruik gemaakt van simulatiemiddelen. Hier kunnen in trainingen tijd-ruimte factoren realistisch worden beoefend en is het makkelijk om te evalueren met opgenomen data van het verloop van de acties. Ook bij het ontwikkelen van nieuwe concepten voor landoptreden om bestaande capability gaps te mitigeren kan simulatie ter ondersteuning van wargaming gebruikt worden om tot inzichten en oplossingsrichtingen te komen.
Het is essentieel dat we voor warfighting het gevecht van verbonden wapens weer meer gaan oefenen en trainen. In de ambitie van CLAS staat dat we op termijn voor 50% van de opleidings- en trainingsactiviteiten simulatie ondersteuning gaan gebruiken. Met meer gebruik van bestaande middelen als de staftrainer (Combat Staff Trainer), indoor simulatoren (TACTIS) en live training met MCTC is dit al deels mogelijk. Bestaande nationale kaders en wetgeving voor oefenen in de informatie omgeving maken geïntegreerde training met cyber, EOV en sociale media op dit moment nog lastig.
TACTische Indoor Simulator (TACTIS) met realistische mockups van leopard2 en CV90 om virtueel het gevecht van verbonden wapens te kunnen trainen (Foto: Ministerie van Defensie)
Het is essentieel dat we voor warfighting het gevecht van verbonden wapens weer meer gaan trainen
Tot slot
De combined arms approach is door de eeuwen heen, en naar de toekomst toe, van essentieel belang voor het militair optreden op tactisch niveau. Vanwege de veranderende karakteristieken van oorlogvoering, en de nieuwe mogelijkheden van technologie, moeten we wel continu kijken welke ‘arms’ we nodig hebben. Wanneer nieuwe mogelijkheden onbenut blijven, of niet goed geïntegreerd en georkestreerd worden in tijd en ruimte blijft synergie uit. Het gevecht van verbonden wapens blijft immers een continue wapen- en tactiekwedloop.
Bestaande capaciteiten waarop het gevecht van verbonden wapens oorspronkelijk gebaseerd is, zoals infanterie, tanks en artillerie hebben nog steeds een grote waarde en blijven relevant. In combinatie met nieuwe wapens en middelen, zoals CEMA en drones, ontstaat een palet aan middelen en mogelijkheden. Essentieel bij het goed kunnen benutten van deze middelen en mogelijkheden, is kennis en ervaring. Om weer ervaring op te bouwen dienen onze brigades organiek zo veel als mogelijk deze verschillende wapens tot hun beschikking te hebben. En moeten we onze focus binnen opleiden en trainen leggen op het gevecht van verbonden wapens. We moeten met zijn allen weer leren vechten in grotere verbanden, met de synchronisatie van verschillende bestaande en nieuwe wapens, met de bijbehorende tijd- en ruimtefactoren in het fysieke, informatie- en menselijke deel van de operatieomgeving.
Het gevecht van verbonden wapens heeft te lang te weinig aandacht gehad binnen de landmacht, maar met de verschuiving van de focus naar hoofdtaak 1, versneld door het besef van urgentie als gevolg van oorlog in Oekraïne, staat het belang en de noodzaak van combined arms voor professioneel militair optreden op tactisch niveau inmiddels weer op de kaart.
Eindnoten
- Lkol Sijbrandi, ‘Synergie; randvoorwaarde voor missiesucces’
- Combined Arms Warfare As the Key to Success On the Contemporary Battlefield?
- Kampfpanzer, Schützenpanzer und Transportpanzer – was ist der Unterschied?
- NATO Term
- All decisions are based on observations of the evolving situation. The enemy will observe unfolding circumstances and gather outside information in order to orient to perceived threats. The orientation phase is the most important part of the OODA loop because if the enemy perceive the wrong threats, or misunderstand what is happening in the OE around them, then they will orient their thinking (and forces) in wrong directions and ultimately make incorrect decisions.
- ADP Land Operations | Part 2: The Application of Land Power, blz 2-10
- Lind, William S. (1985). Maneuver Warfare Handbook. Westview Press. p. 12.
- Combined Arms Operations
- Combat power is the total means of destructive and/or disruptive force which a military unit/formation can apply against the opponent at a given time (NATO Term, 1974-08-01).
- Louis Henry Sullivan, Amerikaanse architect, grondlegger functionalisme