OPINIE - BINNENLAND

Over de grens

LKOL B.D. P. DEKKERS

Het is de laatste tijd haast niet meer mogelijk een krant open te slaan of een nieuwsprogramma te bekijken of er wordt melding van gemaakt dat er grensoverschrijdend gedrag heeft plaatsgevonden. Of het nu in de politiek, het bedrijfsleven, de kerken of de mediawereld is, geen sector in het maatschappelijk krachtenveld blijft gespaard. Maar, wat wordt er eigenlijk verstaan onder grensoverschrijdend gedrag? Waar loopt de grens en wie bepaalt waar de grens loopt? Ligt die grens op een vaste plaats verankerd of vinden er in de loop van de tijd verschuivingen plaats? En wat doen we als de grens wordt overschreden? Veel vragen en weinig antwoorden; dus tijd voor een nadere beschouwing.

De dikke Van Dale zegt er onder andere het volgende over: ‘Zich over een grens begevend, grensoverschrijdende ondernemingen’. Dat lijkt nog niet te duiden op iets heel vervelends, het citaat dateert dan ook uit 1999, want heden ten dage gaat iedereen bij grensoverschrijdend gedrag van het allerergste uit. In politieke kringen worden er meteen ledenvergaderingen aan gewijd, processen gevoerd of mensen geschorst. Vaak gaat het dan om zaken uit het al dan niet recente verleden, variërend van studentikoze onderbroekenlol tot seksuele intimidatie. Ook de tijdgeest speelt hierbij een rol: zaken die tot aan het einde van de vorige eeuw als platte grappen werden beschouwd kunnen nu absoluut niet meer. Grensoverschrijdend gedrag in de vorm van bijvoorbeeld seksuele intimidatie, racisme of agressie heeft wat dat betreft al te veel mensen beschadigd. Het is goed dat daarover niet meer wordt gesproken in de geest van ‘moet kunnen’.

Het grensoverschrijdend gedrag zoals hierboven beschreven valt echter in het niet bij een andere vorm van – letterlijk – grensoverschrijdend gedrag dat na jaren van afwezigheid weer de kop heeft opgestoken. Rusland heeft op volstrekt ongeloofwaardige en ongerechtvaardigde gronden met groot militair materieel en machtsvertoon de grens van een soeverein land overschreden en voert daar een verschrikkelijke oorlog. Jarenlang heeft het Westen weggekeken en niets gedaan, terwijl toch al zeker vanaf 2014 door alle intimidatie en bezettingen door Rusland alle alarmbellen hadden moet afgaan. Intussen zijn bij ons de ogen opengegaan voor deze nieuwe realiteit. De NAVO, nog niet zolang geleden door de Franse president Macron ‘hersendood’ genoemd en door de vorige Amerikaanse president met het uittreden van de Verenigde Staten (VS) bedreigd, heeft zich van de ene dag op de andere in een nieuwe bloeiperiode teruggevonden. Eerder nog traditioneel neutrale landen Finland en Zweden hebben zich nu aangemeld voor het lidmaatschap. Nederland, dat tot voor kort bekend stond als een van de freeriders binnen het bondgenootschap heeft de defensie-uitgaven flink opgevoerd en we gaan voldoen aan de tweeprocentnorm, in ieder geval tijdelijk.

Maar, alleen bakken met geld klaarzetten is natuurlijk niet genoeg. Het gaat om doelmatige besteding, zorgen dat de slagkracht en effectiviteit van de Europese defensie wezenlijk omhooggaat. De Europese defensie, want ofschoon de VS ook nu weer, onder meer door de toezegging van een pakket met tientallen miljarden dollars aan economische- en wapenhulp aan Oekraïne, zich weer van hun beste kant laten zien, kan niet worden verwacht dat Amerika tot in lengte van dagen zich als de grote broer van Europa blijft opstellen. De groeiende invloed van China is op termijn minstens even zo zorgwekkend als de expansieve politiek van Rusland. Voor Europa is er dus nog wel wat werk aan de winkel en het continent zal danig aan de bak moeten om ons potentieel op economisch gebied ook in geopolitieke volwassenheid om te zetten. We kunnen vliegtuigen, tanks en fregatten kopen van hier tot Tokio, maar met spullen alleen ben je er niet. Als ze er zijn zal je ook de mensen moeten hebben die er getraind mee om kunnen gaan.

Wat dat betreft is er in Nederland nog een wereld te winnen, waar Defensie nog steeds met duizenden vacatures kampt. In een land waar in ongeveer alle sectoren een schreeuwend tekort aan personeel bestaat is dat een uitdaging van jewelste. Om die uitdaging aan te gaan was het de hoogste tijd om werk te maken van de arbeidsvoorwaarden voor het defensiepersoneel, om een aantrekkelijke werkgever te worden en te blijven. Zodat ook de laagste rangen bij leger, luchtmacht en marine niet meer onder de armoedegrens hoeven te verblijven. Zodat we ook effectief aan de slag kunnen met de wapensystemen van nu en van de toekomst. Zodat we geen Van Weerden Poelmanfonds meer nodig hebben voor militairen in financiële nood. Met het onlangs afgesloten onderhandelaarsakkoord over de arbeidsvoorwaarden is een mooi begin gemaakt. Hopelijk kunnen dankzij de loonsverhoging en het nieuwe loongebouw eindelijk resultaten worden geboekt op de arbeidsmarkt. Dan kunnen we weer een waardevolle bijdrage leveren aan de Europese defensie, zodat het continent zich niet hoeft te schikken naar de grillen van een dictator die over de grens wil gaan.

Het Westen heeft jarenlang weggekeken bij het grensoverschrijdend gedrag van Rusland