OPINIE - BINNENLAND
DNB-bezoekerscentrum (foto: Wikimedia Commons)
Wet Toekomst Pensioenen
MAJ B.D. B. VAN HUET
De Wet Toekomst Pensioenen (WTP) blijft de gemoederen bezighouden. In de Tweede Kamer heeft zich een meerderheid voor invoering van deze wet afgetekend. Toch wenst niet iedereen zich hierbij neer te leggen en blijft het rumoerig op social media. Carré werd, evenals meerdere (militaire) bladen, benaderd om een artikel van maj b.d. B. van Huet te plaatsen over een aan te spannen rechtszaak over de militaire pensioenen, getiteld ‘Rechtszaak Defensiepensioenen’. In verband met de omvang van dit artikel kunnen wij slechts een samenvatting plaatsen. Daaronder is als reactie opgenomen het standpunt van de NOV en GOV|MHB.
Redactie
Rechtszaak Defensiepensioenen
(Samenvatting, maj. b.d. Van Huet) Er is veel geschreven en te doen geweest over de veranderingen van het pensioenstelsel, de WTP. Over de mogelijke gevolgen van de WTP voor militairen is het echter stil gebleven. Als de WTP is aangenomen en iedereen wordt ‘ingevaren’, krijgen alle militairen een persoonlijk potje, ook de gepensioneerden. Daarbij vervalt de uitkeringsregeling (afhankelijk van uw pensioenjaren een zeker percentage van uw loon) en daarvoor in de plaats komt er een premieregeling. U betaalt een afgesproken bedrag aan premie, dat wordt belegd en afhankelijk van de aandelenkoersen en de rente op dat moment, ontvangt u een uitkering. De gepensioneerden, die geen premies meer betalen, krijgen een potje met beleggingen met weinig risico, zoals obligaties. Dat betekent dat uw bestaande pensioen dan alleen nog wordt beïnvloed door de rente en inflatie. Maar, weinig risico betekent ook weinig winst, op basis van de winst wordt geïndexeerd. De kans dat de gepensioneerde straks nog indexatie ontvangt is dus minimaal.
Nu is het zo, dat Defensie nog steeds de pensioenen, of wat u aan pensioen hebt opgebouwd tot 1 juni 2001, uit de begroting betaalt. Dat is dit jaar ruim een miljard euro die op de defensiebegroting drukt (8%). Alles wat na 31 mei 2001 is opgebouwd via premiebetaling neemt het ABP voor zijn rekening. Als de WTP is aangenomen en u gaat ‘invaren’, betekent dit dat de huidige pensioentoezegging (ca. 70% van uw loon) moet worden ‘omgezet’ naar een bepaald vermogen/bedrag dat in het persoonlijke potje wordt gestopt. Nu valt een pensioentoezegging onder het eigendomsrecht. Het ingelegde geld is en blijft uw eigendom. De vakbonden en pensioenfondsen gaan bij de WTP echter in uw plaats beslissen dat u gaat invaren. Het ABP gaat momenteel met de verlaagde dekkingsgraad indexeren, tot bijna 12% zelfs. De dekkingsgraad-eis is verlaagd, echter alleen als u gaat invaren. Het fonds heeft daarmee de intentie om collectief te gaan invaren, zoals uit de Memorie van Toelichting blijkt. Het individuele bezwaarrecht komt in de WTP niet meer voor.
De ‘oude’ militaire pensioenrechten van voor 2001, die nog uit de begroting van Defensie worden gefinancierd, stellen dat u een onvoorwaardelijk en welvaartsvast pensioen zou opbouwen en ontvangen. Voor 1 juni 2001 ontving u van Defensie een welvaartsvast, onvoorwaardelijk geïndexeerd pensioen, of bouwde dat op. Na 31 mei 2001 ontving u een voorwaardelijk, al veertien jaar niet meer, geïndexeerd pensioen van het ABP, of bouwde dat op. De welvaartsvastheid (indexatie) van onze pensioenen kwam bij het ABP te vervallen. De bonden mogen namens u onderhandelen over arbeidsvoorwaarden en rechtspositie, maar niet over uw ingelegde premie en de opbrengst daarvan. Dat is eigendomsrecht en alleen van u. En ook dit mag juridisch niet zonder uw toestemming. Nu heeft de Hoge Raad onlangs een uitspraak gedaan over de indexatie van de pensioenen bij de AFM, een situatie die vergelijkbaar is met de situatie bij Defensie.
Het afzien van onvoorwaardelijke indexatie werd hier herroepen en de wijzigingen nietig verklaard. Voor de AFM, en trouwens ook voor De Nederlandse Bank (DNB), gelden de indexaties, of liever gezegd het gebrek aan indexaties, uit het verleden dus niet meer vanwege de eerdere afspraken. Het bij deze fondsen aangesloten personeel ontvangt dus wel de volledige indexatie over de afgelopen periode en ziet dat ook nog eens terug in hun potje. Het is naar onze mening haalbaar om het loskoppelen in 2001, zonder uw toestemming, van de onvoorwaardelijke welvaartsvastheid (indexatie) van het defensiepensioen aan te vechten. En als dat lukt wordt uw pensioen (opbouw) vanaf 2001 alsnog volledig geïndexeerd. Het is van belang dat dit voor het invaren juridisch wordt aangevochten. Met de pensioenaanspraken van voor 1 juni 2001 die nu uit de defensiebegroting worden betaald, kunnen dan straks twee dingen gebeuren: Defensie en de bonden kunnen ervoor kiezen om niets te doen. Dan blijft Defensie uw aanspraken tot 1-6-2001 betalen, of, de waarde van de ‘oude’ pensioenrechten worden ingevaren naar het individuele potje.
Een oud-officier zal met een in pensioenrecht gespecialiseerde advocaat en hoogleraar de zaak van de welvaartsvastheid van de defensiepensioenen aanspannen. De hiervoor benodigde middelen worden via crowdfunding bij elkaar gebracht. Militairen die pensioen opbouwen en reeds gepensioneerde militairen hebben nu een reële, juridische en goede kans om iets aan hun pensioenrechten te doen. https://t.co/CTyUPoST1y
Het standpunt van de NOV
(Tekst: www.nederlandseofficierenvereniging.nl)
‘De GOV|MHB (dus ook de NOV!) doet niets voor uw pensioen!’
Dit is een veel geplaatste opmerking op social media. U zult begrijpen dat wij het hier niet mee eens zijn en willen u uitleggen waarom wij dat vinden. Op 15 december jl. sprak de Tweede Kamer weer over de Wet Toekomst Pensioenen (WTP). Er is nog veel discussie gaande over deze wet en over bekende en nog niet bekende aspecten. De komende maanden en jaren zal nog veel meer discussie zijn over de gevolgen van de wet. Eén van de zaken die de aandacht krijgt is het al dan niet invaren van de pensioenen van militairen die zijn opgebouwd voor 1 juni 2001. Op dit moment zijn die pensioenen begrotingsgedekt, wat wil zeggen dat de uitgaven hiervoor op de begroting van Defensie staan en niet ten laste komen van een pensioenfonds. Een van de discussiepunten is of Defensie deze pensioenen zou moeten onderbrengen bij het ABP, het zogeheten ‘invaren’. Wat betekent dat voor de opbouw, de indexatie en eventuele kortingen?
Met het voeren van deze discussie is ook de discussie over het overgaan van de militaire pensioenen naar het ABP in 2001 weer actueler geworden. Er zijn (oud-)militairen die de vraag stellen of wat toen gebeurde wel rechtmatig was. Dit omdat de pensioenaanspraken onvoorwaardelijk waardevast zouden zijn en dus iedere keer met de prijzen zou moeten meestijgen. Daarnaast zouden de pensioenaanspraken en de indexatie daarvan 'eigendom' zijn en dat mag een ander niet zomaar ontnemen. Om beide aspecten te toetsen bij de rechter zijn die (oud-)militairen een crowdfunding begonnen om het geld voor een rechtszaak bij elkaar te krijgen. Zij roepen zo veel mogelijk mensen op om hun actie te steunen. En dat staat iedereen vrij te doen, evenals het aanspannen van gerechtelijke procedures. De overgang in 2001 naar het ABP was onderdeel van een akkoord tussen de sociale partners. Ook de voorlopers van de GOV|MHB hebben indertijd mede onderhandeld en hebben ingestemd met het akkoord. Het instemmen met een akkoord vindt bij ons altijd en enkel plaats na raadpleging en instemming van onze leden; wij dienen immers primair het belang van onze leden.
Ondanks dat er mogelijk nieuwe informatie beschikbaar is, vinden wij het daarom niet juist ons bij de rechtszaak aan te sluiten. Mochten eventuele nieuwe inzichten aanleiding geven nieuwe afspraken te moeten maken, dan loopt de weg wat ons betreft primair via de onderhandelingstafel en niet via de rechter.
Wij betreuren het dat in sommige media-uitingen sprake is van een beeld alsof de bonden niet het beste voor hebben met hun leden, waaronder de gepensioneerden. Dat wij het initiatief niet steunen, wil niet zeggen dat wij daar mordicus tegen zijn. Wij leven gelukkig in een rechtsstaat waar het ieders goed recht is om een procedure te voeren op het moment dat diegene van mening is dat hem of haar onrecht is aangedaan. Daarbij zien wij ook zeker de meerwaarde van een rechtelijk oordeel over een uitermate belangrijke kwestie als deze. Men zou dan ook kunnen stellen dat wij er principieel voorstander van zijn. Wij begrijpen in ieder geval dat ook leden van ons dit pad volgen of steunen. Het feit dat daarnaast een medewerker van de GOV|MHB op eigen titel zijn medewerking verleent aan het initiatief geeft dat ook aan. Daarentegen zijn wij tegelijk van mening dat het voeren van een zaak in deze onverenigbaar is met onze rol uit het verleden. Daarbij steken wij nu zeer veel tijd en energie in de gesprekken over een eerlijke en uitlegbare militaire pensioenregeling in het kader van de WTP. Ook deze positie is in onze ogen onverenigbaar met genoemde initiatief.
Het beeld dat de bonden niet het beste voor hebben met hun leden, waaronder de gepensioneerden, is een volstrekt verkeerde voorstelling van zaken. De GOV|MHB zet zich altijd volledig in voor het personeel van Defensie en primair voor haar leden, waaronder de gepensioneerden. Voorbeeld hiervan is de compensatie voor het AOW-gat die voor een belangrijk deel door onze inzet en die van de andere bonden opgehoogd is tot 100%. Het was wellicht niet altijd zichtbaar, sterker nog de algemene perceptie lijkt hier haaks op te staan, maar zonder de aanhoudende inzet van de bonden was het AOW-gat nooit in deze mate opgelost. Ook de medewerkers van de GOV|MHB hebben hier een significante bijdrage aan geleverd tijdens onderhandelingen, diverse juridische procedures, in informele contacten en het lobbywerk om politieke steun zeker te stellen. Bovendien hebben wij ons samen met de andere bonden hard gemaakt om de korting van de pensioenen in 2012/2013, in ieder geval wat betreft het door de begroting gedekte deel, ongedaan te maken. Tenslotte heeft juist de GOV|MHB zich sterk gemaakt om de negatieve effecten van het overgaan van een eindloonstelsel naar een middelloonstelsel te compenseren, en is gelukkig daarin ook geslaagd. Kortom, het beeld dat wij ons niet hebben ingezet voor onze gepensioneerde leden betreuren wij niet alleen, het is in onze ogen pertinent onjuist.
Het bevreemdt ons dat er zo’n negatieve beeldvorming is over het werk wat wij doen en hebben gedaan, omdat we juist zoveel gemeenschappelijke belangen hebben. De diverse platformen op sociale media, bonden, betrokken (ex-)medewerkers, we hebben allemaal het beste voor met het (gewezen)personeel van Defensie. Dat is waar wij ons dagelijks voor inzetten. Ieder in zijn of haar eigen rol en met eigen verantwoordelijkheden, maar allemaal voor hetzelfde doel. En dan mag je het ook best een keer met elkaar oneens zijn over de inhoud of over de weg naar het doel, maar wel met respect voor elkaars positie. Ook in de huidige besprekingen en onderhandelingen over het nieuwe pensioencontract en de gevolgen van de WTP voor de militairen, zetten wij ons continu in voor de rechten van alle huidige en toekomstige gepensioneerden.