PRIKKEN EN PRIKKELS
De commandant in zijn kracht
Je zult in deze interessante tijden maar commandant zijn van een operationele eenheid, zo’n traditionele gevechtseenheid. Aan oppeppend nieuws geen gebrek. ’s Morgens vroeg hoor je of zie je op de radio of tv berichten en oorlogsbeelden uit Oekraïne. Je leest in de ochtendkrant dat er weliswaar een dorp in de oblast Donetsk is veroverd op de Russen, maar burgers waren daar al nauwelijks meer en van de huizen en overige gebouwen resten nog slechts puinhopen. De oorlog in Europa zet onverminderd door.
Bij het ochtendappèl neem je waar dat er toch weer een paar soldaten extra staan aangetreden. Een maand geleden was de vulling van de eenheid schrikbarend laag, maar aan het eind van de zomer worden er steevast wat vacatures gevuld en zou de eenheid weer op oefening kunnen. Die oefening staat weliswaar op het jaarrooster, maar de vraag is of het hogere echelon en het Ondersteuningscommando de randvoorwaarden hebben kunnen invullen. Straks maar eens bellen om te vragen of het oefenterrein beschikbaar is en de acteurs voor het oefendorp-scenario zijn ingehuurd. En of er al duidelijkheid is over het onlangs ingediende verzoek om met enkele typen kleine drones te mogen experimenteren. Je wilt tenslotte niet blijven afwachten, maar zelf de nodige ervaringen gaan opdoen met nieuwe middelen. Die worden weliswaar niet in Oekraïne voor het eerst ingezet, maar blijken daar wel een serieuze game changer te zijn.
Op het intranet zijn de laatste tijd een paar nieuwe beleidsdocumenten gepubliceerd. Goed om een deel van de ochtend hieraan te besteden. Als commandant moet je tenslotte weten wat de defensieleiding het komend jaar voor jouw eenheid in petto heeft. Er gebeurt op dit moment zoveel en je ziet en hoort natuurlijk dat het militaire optreden anno nu behoorlijk afwijkt van wat je op de NLDA had geleerd, of wat in de doctrinepublicaties van enkele jaren terug nog werd beschreven. Niet voor niets kondigde de Defensievisie (DV) 2035 aan dat er een transformatie op komst is. Tijd nemen dus om de concretisering hiervan eens goed te bestuderen. Wellicht kun je er tijdens de komende oefening al in de praktijk mee aan de slag. Je kunt er in ieder geval vanmiddag ook met de collega’s over praten, voorafgaand aan of direct na het tweewekelijks commandantenoverleg.
In juni van dit jaar is de Defensie Strategie Data Science en AI 2023 - 2027 uitgebracht, in juli gevolgd door de Beleidsvisie Informatiegestuurd Optreden (IGO). Beide documenten zijn met een brief aangeboden aan de Tweede Kamer; eerst die maar eens lezen. Dat blijkt zowaar niet mee te vallen. Beide brieven beschrijven de gewijzigde veiligheidssituatie voor ons land en stellen dat onze krijgsmacht sneller, slimmer en sterker moet worden, door zich in hoge mate te gaan bekwamen in het gebruik van informatie als doel, als middel en als wapen. Voor het uitvoerende militaire niveau blijft dit nogal abstract. Zo zegt de aanbiedingsbrief waarmee de strategie wordt aangeboden: ‘Daar waar Data Science en AI worden gebruikt ten behoeve van het militair optreden draagt het bij aan het informatiegestuurd optreden door data snel en slim te verwerken tot relevante informatie om te kunnen anticiperen en direct reageren op uiteenlopende dreigingen’. Het strategiedocument maakt helaas niet duidelijk of ChatGPT en andere slimme software binnenkort ook op de diensttelefoon beschikbaar wordt gesteld.
De brief waarmee de Beleidsvisie IGO aan de Kamer is aangeboden, heeft een breder doel en heet ‘Voortgang Informatiegestuurd Optreden’.
Hierin wordt benadrukt dat de visie een intern beleidsdocument is, ‘dat dient als referentiekader voor huidige en toekomstige beleidsproducten van Defensie’. Oei, dat is een tegenvaller. In de beleidsvisie worden weliswaar actielijnen beschreven, maar nieuwe of aangepaste capaciteiten voor operationeel optreden worden niet vermeld. Enkele uitspraken in de actielijnen 1 en 2 geven wel stof tot nadenken:
- ‘Een eerste noodzakelijke stap die zal worden gezet is het inrichten van een Operationeel Hoofdkwartier, dat verantwoordelijk is voor multidomein commandovoering op het operationele niveau’. Nederlandse eenheden worden in NAVO-verband toch op tactisch niveau ingezet, waarbij dat NAVO-optreden nu juist tot de hoogste prioriteit is benoemd? Vreemd dus dat men het versterken van zo’n centraal hoofdkwartier opeens zo belangrijk vindt. Hopelijk gaat het niet ten koste van de aandacht voor de uitvoerende eenheden;
- ‘Om optimaal gebruik te maken van de kansen in de informatieomgeving, en voorbereid te zijn op digitale bedreigingen, zal Defensie ook in dit nieuwe domein een gedegen netwerk van sensoren tot en met effectoren (cyberoperaties, EMS operaties en informatieoperaties) moeten creëren om daarmee effectief te zijn in alle dimensies. Deze elementen moeten gekoppeld kunnen worden aan de elementen in de klassieke domeinen zodat er in samenhang gestreefd kan worden naar synergie’. Hoewel onduidelijk is waar het woord ‘domein’ naar verwijst, zou dit voor traditionele gevechtseenheden weleens een belangrijke aanwijzing kunnen zijn: de sensor- en wapensysteemfuncties krijgen een hoge prioriteit. Je zou denken dat die functies dan ook op alle mogelijke manieren moeten worden versterkt.
Je wilt als commandant graag geloven dat er toekomst is voor je eenheid en dat die toekomst ook door jou zelf kan worden vormgegeven. Tenslotte uitten zowel de minister als de staatssecretaris zich steeds in lovende woorden over het huidige defensiepersoneel en hebben ze aangekondigd ‘de commandant in zijn kracht te zetten’. Je neemt aan dat dit gaat om de bredere invulling van opdrachtgerichte commandovoering, met onder alle omstandigheden meer vrijheid om het gestelde doel te bereiken. Maar wat ga je dan doen om de aangekondigde ‘transformatie’ en de hieraan gekoppelde ‘cultuurverandering’ – blijkbaar nodig om goed te kunnen functioneren in die belangrijke ‘informatieomgeving’ – in je eigen eenheid te realiseren? Mag je erop rekenen dat er snel nieuwe IT-middelen worden ingevoerd die, volgens al die beleidsdocumenten, gaan zorgen dat de eenheid sneller, slimmer en sterker wordt? En met wie zou je afspraken kunnen maken om met kleine drones aan de slag te gaan, die – zo zou je toch denken – de behoefte aan meer sensoren en slimmere wapens (effectoren) snel kunnen vervullen?
Wacht eens even … De Beleidsvisie IGO stelt ook dat de defensieorganisatie minder hiërarchisch zal worden en dat bevoegdheden naar het laagst mogelijke niveau worden gemandateerd. Dan zul je als commandant toch wel direct contact mogen opnemen met de vertegenwoordiger van TNO en met de twee bedrijven die afgelopen voorjaar op het door JIVC georganiseerde symposium zo enthousiast vertelden over de mogelijkheden van kleine, slimme drones? Ze zeiden veel voor de eenheid te kunnen betekenen. Het was zonneklaar: de technologie is al uitontwikkeld, de cruciale vraag is hoe je die gaat inzetten. Dan is er maar één logische conclusie: tijdens de oefening samen aan de slag!
Redactie