De Turkse president Recep Tayyip Erdogan
OPINIE - BUITENLAND
Recalcitrant Turkije
Bron van ergernis voor de NAVO
Oorspronkelijke titel: ‘Turkey’s recalcitrance and NATO’s nuisance’
LKOL PATRICK BOLDER EN DORITH KOOL
Beide auteurs zijn werkzaam bij het The Hague Centre for Strategic Studies (HCSS) als strategisch analist. Met medewerking van een na de coup van 2016 gevluchte Turkse officier hebben zij een analyse geschreven over de Turkse NAVO-politiek onder de titel ‘Turkey ’s Recalcitrance and NATO’s Nuisance’, dat werd geplaatst op www.hcss.nl. Met toestemming van de auteurs is het door de redactie bewerkt en vertaald voor plaatsing in Carré.
Turkije is al sinds jaar en dag lid van de NAVO, en heeft ooit op de drempel gestaan om toe te treden tot de Europese Unie (EU). Het land gaat tegenwoordig zijn eigen weg op het gebied van defensie en internationale betrekkingen. Het is de vraag hoe dit zich verhoudt tot de rol van Turkije als NAVO-lid. In dit artikel wordt een drietal scenario’s belicht over de toekomst van Turkije en zijn positie t.o.v. de NAVO.
Het afbrokkelende Amerikaanse leiderschap
Met het verschuiven van de Amerikaanse politieke aandacht naar het Oosten, een proces dat al begon in 2012, werd Europa gedwongen in toenemende mate voor zijn eigen veiligheid te gaan zorgen. Met het aantreden van Trump als president die hamerde op het verhogen van de Europese defensie-uitgaven ontstond een gespannen verhouding tussen de Verenigde Staten (VS) en de EU. Door de beslissing om Amerikaanse troepen uit Duitsland te verplaatsen naar elders raakten de verhoudingen nog verder verstoord. Toen Trump openlijk zijn twijfel uitsprak over de Amerikaanse bijdragen aan de NAVO en het land zich uit meerdere internationale instituties begon terug te trekken, erodeerde de geloofwaardigheid van de VS als wereldleider geleidelijk. Naar verwachting zal de Amerikaanse politiek onder de huidige president Joe Biden Europa niet terugbrengen op de Amerikaanse agenda.
Deze ontwikkelingen werken in het voordeel van Turkije dat zichzelf graag positioneert in een regionale leiderschapsrol om zo een eigen koers te kunnen varen in het oostelijke deel van de Middellandse Zee. Alhoewel Turkije een substantieel aandeel levert aan de militaire macht van de NAVO en het afschrikwekkend vermogen daarvan, is deze ontwikkeling in strijd met waar de NAVO voor staat en zorgt zo voor toenemende spanningen met de overige lidstaten.
Afhankelijk van Turkije
Lange tijd heeft Turkije een cruciale rol gespeeld in de NAVO-afschrikking als eerste lidstaat die de stationering van Amerikaanse kernwapens op zijn grondgebied faciliteerde. Tot op de dag van vandaag is het land van groot strategisch belang voor de NAVO gezien de ligging in de nabijheid van zowel Rusland als Iran en de mogelijkheid om van Turkse uitvalsbases gebruik te maken. Daarbij heeft Turkije het op één na grootste leger van de alliantie en het grootste in de regio. Zonder de Turkse bijdrage zou de NAVO er nauwelijks over een geloofwaardige afschrikking beschikken. Het land bewijst de Europese mede-lidstaten van de NAVO een grote dienst door het huisvesten van het grootste contingent vluchtelingen uit Syrië en Irak. Overigens heeft Turkije ook veel baat bij het lidmaatschap van de NAVO, zoals de beschikking over hoogwaardige westerse militaire kennis, het profiteert ook van de vergaande standaardisatie binnen de NAVO en het is hierdoor in staat complexe militaire operaties uit te voeren. De Turkse defensie-industrie verdient miljarden dollars aan militaire orders die terug te leiden zijn tot het lidmaatschap van de NAVO. Zo hebben Turkije en de NAVO beide baat bij het NAVO-lidmaatschap van het land; deze onderlinge afhankelijkheid zorgt er echter voor dat de onderlinge relaties ook meer complex zijn geworden.
Europese landen met aantallen asielzoekers; Syrische vluchtelingen in de regio
Turkije gaat zijn eigen weg
Spanningen tussen Turkije en zijn NAVO-partners zijn niets nieuws. Al in 1974 met de Turkse inval in Noord-Cyprus verslechterde de relatie met buurland Griekenland in hoog tempo. In de afgelopen tijd is daar weinig verbetering in gekomen, integendeel:
- De provocerende booractiviteiten van Turkse schepen in het oostelijk deel van de Middellandse Zee lokte militaire actie uit tot op de rand van oorlog.
- De vluchtelingendeal van zes miljard Euro is een zware last waardoor Europa min of meer is overgeleverd aan de Turkse grillen; zij zorgt ervoor dat Erdogan voortdurend druk op Europa kan uitoefenen om zijn strategische doelen te bereiken.
- Na jaren vergeefs onderhandeld te hebben met de VS over de levering van het Patriot luchtverdedigingssysteem heeft Turkije het Russische S-400 wapensysteem gekocht voor zijn luchtverdediging. Hierdoor zijn de spanningen tussen de VS en Turkije verder toegenomen en het lijkt erop dat Erdogan het op dit moment beter met Poetin kan vinden dan met staatshoofden van de NAVO-landen.
- De Turkse inmenging in Libië stuit op steeds meer verzet. Het steunt militair de Regering van Nationaal Akkoord (GNA) met het oogmerk om meer invloed te krijgen in het aan Libië grenzende deel van de Middellandse Zee en direct daarmee de toegang tot de Libische olie- en gasvoorraden. Deze politiek van steun aan de Libische president Serraj brengt Erdogan rechtstreeks in conflict met NAVO-partners Griekenland en Frankrijk.
- Voorts heeft Turkije zich ook gemengd in het conflict in Nagorno-Karabach en is het militair aanwezig in Libië, Jemen en Qatar; democratische instituties in Turkije zijn onder toezicht gesteld van de Moslim Broederschap.
- De grootste steen des aanstoots voor het Westen is echter de gestaag toenemende toenadering tot China. Samenwerking met de Chinezen zou voor Turkije kunnen leiden tot minder afhankelijkheid van het Westen; China ziet kansen voor de uitbreiding van zijn Belt and Road Initiative. Zou de uitbreiding van de economische relaties met China leiden tot het aantrekken van de relaties op veiligheidsgebied met China dan zal dat onvermijdelijk leiden tot een herbezinning op de relatie met de NAVO. Tekenend is het feit dat Turkije zijn hulp aan de Oeigoeren in China heeft gestaakt.
De hierboven genoemde Turkse handelwijze staat in schril contrast met de visie van de NAVO op deze onderwerpen. Voor wat betreft de toekomst van Turkije in relatie tot de NAVO komt een drietal scenario’s in aanmerking.
Turkije en de NAVO, drie mogelijke scenario’s
1. Turkije verlaat de NAVO en gaat zijn eigen weg
De huidige Turkse politiek die strijdig is met de positie van de NAVO gaat onverminderd door zonder rekening te houden met de overige leden van de alliantie. Desondanks lijkt een Turks lidmaatschap meer de NAVO te versterken dan dat Turkije er zelf baat bij heeft. Het beseft dat de NAVO niet bij machte is om lidstaten te royeren. De overtuiging wint veld dat zijn veiligheidsbelangen het beste gediend worden door volledige autonomie op dat gebied in plaats van te vertrouwen op een zwak en verdeeld bondgenootschap. Het ambieert niet langer een bruggenhoofd tussen Oost en West te zijn en het zal blijven streven de leidende macht in de regio te worden.
2. Turkije blijft NAVO-lid, maar dan op zijn eigen voorwaarden
Erdogan’s streven om zijn land tot een van de grote machten in de wereld op te stoten wordt geremd door de slechte economische positie en afnemende binnenlandse steun voor zijn plannen. In plaats daarvan verlegt hij zijn doelstelling om meer kortetermijn voordelen binnen te halen. Daartoe zal hij met de NAVO moeten samenwerken, zij het op zo klein mogelijke schaal en zonder zijn eigen doelen uit het oog te verliezen. Hij beseft dat hij tot veel in staat is zolang zijn opstelling ook in het belang van de NAVO, en de VS in het bijzonder, is. Turkije zal de grenzen van wat getolereerd wordt blijven opzoeken en indien nodig er niet voor terugschrikken de NAVO te gijzelen met deze politiek. Zo heeft Turkije onlangs al de NAVO-plannen voor de bescherming van de Baltische staten afgewezen, tenzij de NAVO Turkije ’s stellingname tegen de Koerdische strijdkrachten (YPG) als een bedreiging van de Turkse nationale veiligheid ondersteunt. In dit scenario zouden zowel de NAVO als Turkije voordeel kunnen hebben van beider opstelling.
3. Turkije legt zich neer bij de opstelling van zijn NAVO-bondgenoten
Als gevolg van de verslechterende economie en de afbrokkelende binnenlandse steun voor zijn expansieve politiek laat Turkije zijn plannen op dit gebied varen. De bevolking ondervindt er nadelen van en dat zou ten koste kunnen gaan van de steun voor de heersende AK-partij. Om het tij te keren heeft Erdogan geen andere keus dan zijn koers te verleggen, de verhoudingen met de NAVO-partners te normaliseren en zich terug te trekken uit allerlei buitenlandse avonturen. Het houdt in dat Turkije de cruciale rol van de NAVO bij het verwezenlijken van zijn strategische belangen op zijn waarde moet schatten, en het zal de nodige inspanningen vergen om de verstoorde verhoudingen met de NAVO te herstellen. Naar alle waarschijnlijkheid is dit een scenario dat pas na het Erdogan-tijdperk werkelijkheid kan worden, of een andere mogelijkheid is dat het zich afspeelt na een mogelijk gewelddadige regime change in Turkije. Beide situaties zullen grote gevolgen hebben voor de verhouding van Turkije tot de EU en tot de NAVO, maar er zullen zeker kansen zijn voor een verzoening.
Welke kant gaat het op met Turkije en de alliantie?
De door de economische en politieke toestand veroorzaakte binnenlandse instabiliteit in Turkije, die nu nog aangewakkerd is door de COVID-19 pandemie, zal, in ieder geval tijdelijk, leiden tot een tempering van de Turkse ambitie om een leidende rol te spelen in de regio door de creatie van een Pax Ottomania. Zolang Erdogan aan de macht blijft is een volledige terugkeer naar het naleven van de NAVO-gedragsregels niet aannemelijk. Zijn binnenlandse populariteit is immers het hoogste onder nationalistische Turken die niet veel op hebben met eisen van de NAVO en zich goed kunnen vinden in de huidige ambities van Turkije. Toegeven aan de NAVO zou ernstig gezichtsverlies voor Erdogan betekenen, en zou kunnen leiden tot het einde van zijn presidentschap. Aan de andere kant zal de NAVO niet snel het strategisch belang van Turkije voor de alliantie ontkennen. De toegang tot de Zwarte Zee, het sterke Turkse leger en de Turkse vliegbases zoals Konya en vooral Incirlik met de opslag van kernwapens zijn te belangrijk voor de NAVO als afschrikking om op te geven. Het belang van het behoud van Turkije als NAVO-lid overstijgt alle nadelen van deze politiek.
De staat van de economie is echter bepalend voor de binnen- en buitenlandse politiek van Turkije. De verslechterende economische toestand van het land heeft in hoge mate bijgedragen tot de afnemende populariteit van Erdogan als president en van zijn AK partij. De geringe waardering van de Turken voor de NAVO, het laagst van alle inwoners van NAVO-lidstaten, is echter niet het enige dat bepalend is voor de buitenlandse politieke koers. Een verslechterende economie zou Erdogan juist kunnen verleiden tot een meer assertieve houding t.o.v. het buitenland om zo de aandacht af te leiden van binnenlandse problemen. Dit beleid is echter niet houdbaar: om op langere termijn gesteund te blijven zal hij zijn focus moeten richten op het verbeteren van de economie. En omdat deze in hoge mate verbonden is met die van de EU kan Erdogan het zich niet veroorloven de banden met EU-landen, die in de meeste gevallen ook NAVO-bondgenoten zijn, te verbreken. De noodzaak voor Erdogan om de economische situatie in zijn land te verbeteren geeft de Europese regeringsleiders, die bezorgd zijn over de Turkse ambities, de nodige handvatten om deze in toom te houden. Een aantal consequenties van de economische ontwikkeling en het binnenlandse draagvlak voor de NAVO wordt hieronder toegelicht aan de hand van een blik vooruit in de toekomst en de eerder beschreven scenario’s.
- Als de economie opveert en de steun voor de NAVO blijft bestaan, dan zal de Turkse houding niet veel veranderen en blijft het land hangen in scenario 2. Bij een verdere verbetering van de economie na vijf jaar en Turkije minder afhankelijk wordt van het Westen is het aannemelijk dat het land opschuift naar het eerste scenario.
- Als de economie verder verslechtert en de steun voor de NAVO afneemt zal Turkije voor scenario 2 kiezen en het lidmaatschap van de NAVO continueren. In dit geval heeft het land meer baat bij de status quo dan bij het verlaten van de NAVO. Maar als deze toestand nog vijf jaar voortduurt dan zal Turkije waarschijnlijk de NAVO de rug toekeren. Het lidmaatschap heeft dan geen toegevoegde waarde meer voor de economie.
- Als de economie opveert maar het binnenlandse draagvlaak voor het NAVO-lidmaatschap verdwijnt, zal Turkije waarschijnlijk naar het eerste scenario neigen en daarbij blijven. Zodra het de NAVO vaarwel heeft gezegd is een eventuele terugkeer nagenoeg uitgesloten. Maar als de economie instort en de steun voor de NAVO toeneemt zal Turkije naar scenario drie bewegen en weer een toegewijd NAVO-lid worden.
Schematische weergave van de mogelijke ontwikkeling van de drie scenario’s
Wanneer is de tijd rijp voor actie?
Het trekken van stevige conclusies over de Turkse toekomst heeft veel gemeen met het raadplegen van een kristallen bol. Het antwoord zal in het beste geval een beredeneerde vooruitblik zijn. Gelet op alle problemen die gepaard zullen gaan met het uittreden uit de NAVO is het aannemelijk dat een Turkije onder Erdogan een luis in de pels van de NAVO zal blijven. Het zal blijven zoeken naar medestanders buiten zijn huidige invloedssfeer en een logische partner voor die aspiraties is China. Het IMF en de OESO voorzien beide een geleidelijk herstel en voorzichtige groei van de Turkse economie, waardoor een overstap naar scenario 1 voor de hand ligt. Uiteraard is dit niet het favoriete scenario dat de EU en de NAVO (en zelfs Rusland) voor ogen staat, maar het is wel het meest logische. Zelfs het afnemen van de steun voor Erdogan zal in de toestand weinig verandering brengen omdat zijn grootste binnenlandse politieke tegenstrever Soylu een nog grotere antiwesterse nationalist is dan Erdogan.
Voor de beleidsmakers in de NAVO en de EU is de tijd nu rijp om over een ingrijpende verschuiving in de geopolitieke machtsbalans na te denken. Het op zijn beloop laten van de nu in gang zijnde ontwikkelingen zal het vermogen van de belanghebbende landen, om nog invloed op de ontwikkelingen uit te oefenen en daardoor de eigen belangen te dienen, negatief beïnvloeden. Al jaren is Turkije de olifant in de porseleinkast van de NAVO. Iedereen ziet het probleem maar niemand durft het aan te pakken. De NAVO is aan zet, maar of de discussie hierover zal leiden tot besluitvorming blijft te bezien. Maar een ding is zeker: beide bondgenootschappen, NAVO en EU kunnen het zich niet veroorloven om naar de grond te blijven staren als Turkije weerhouden moet worden van het verder ondermijnen van hun belangen.